paul-conny-indonesie2018.reismee.nl

Van "Hallo Bandung" tot Banjar

's Ochtends toch nog half uurtje verslapen, dus gauwgauw opgefrist en spulletjes gepakt. We moesten nog uitchecken en vervoer naar het station zien te regelen. Dat ging opnieuw prima met Grab, dus eerder dan we zelf hadden kunnen bedenken waren we al op het station om de kaartjes te laten printen. Tijd zat.

Neergestreken bij koffietentje op station. Terwijl Conny koffie en broodje bestelde, Paul naar wc. Bleek achter een gebedsruimte dus schoenen moesten uit. Ik maakte me al op voor de nodige smerigheid, maar alles was brandschoon en vooral kletsnat. En uiteraard hurktoilet met mandi, een ware uitdaging als je een lange broek aan hebt. Na de nodige acrobatische toeren toch een hele opluchting.?

Conny zat inmiddels aan de koffie en sandwiches. Gemakshalve maar hetzelfde besteld, kreeg dus ook twee sandwiches ..met pindakaas! Niet weg te kauwen - hoe komt ze erbij!

Bij een tweede kop koffie begroette de jongen achter de counter Conny met 'goedemorgen!'. Bleek dat hij een Hollandse oma had en een paar woordjes Nederlands sprak. Hij zou wel even wat muziek voor ons opzetten. Niet veel later schalde Wieteke van Dort met "Hallo, Bandung" door de zaak en de stationshal, de jongen glunderend achter de counter. Zelfs Anneke Gröhnloh liet ook nog van zich horen, het leek wel even op de Pasar Malam in Den Haag, rare omgekeerde wereld! Conny moest toch ook maar even naar het toilet. Twijfel wel/niet (ze wil haar schoenen niet uit), maar de nood was hoog. Waar Paul eerder teruggefloten werd met zijn schoenen, sneakte Conny snel de toilet in met haar schoentjes aan: ikke buitenlander, ikke niet weten.

Het is goed te merken dat men extra alert is op ellende. Voor de ingang van stations en in de aankomsthallen zijn politie en veikigheidsdiensten heel erg zichtbaar aanwezig. Tot nu toe werden voor de toegang naar de perrons de kaartjes gecontroleerd onder overleggen van paspoorten. Nu werden ook de koffers gescand. Alles gaat overigens uiterst vriendelijk, niks geen grimmigheid.

Onderweg met de trein naar Banjar gleden heel veel fraaie uitzichten voorbij, de meest mooie rijstvelden met palmbomen trokken aan ons voorbij. Het is opvallend hoe netjes de bermen direct langs het spoor zijn. Hooguit in de kleinere plaatsen waar de trein doorheen gaat zie je hooguit een beetje zwerfafval, het staat niet in verhouding in de grote steden. Ook hier het toilet bezocht en jawel ook hier een hurktoilet. Geloof me, hier plassen en richten is een ware opgave in een trein die heen en weer hobbelt. En ook hier werd aangegeven geen schoenen en de gedachte 'ikke niet weten, ikke buitenlander'. Now way dat ik op zo'n toilet ga met blote voeten.Al moet gezegd voor een treintoilet zag het er netjes uit.

Aangekomen op Banjar komen we op een leeg terrein voor het station. Tja, hoe nu verder naar Pangandaran? Er zou een bus rijden, maar geen enkele te bekennen, laat staan enige indicatie van een halte of iets dergelijks. Voordat we weer terug naar het loket in het station kunnen omnavraag te doen worden we aangeschoten door een betjak mannetje. Maakt duidelijk dat de busterminal 3 kilometer verderop is. En dat hij en zijn maatje ons wel willen brengen. Met een schuine blik naar onze koffers voor bij elkaar 100.000. En onze blik: voor drie kilometer?? Dat meen je niet, da's echt veel te veel! Vijftig, voor allebei! Intussen kwam een Indonesisch stel met koffer voorbij, ze vielen ten prooi aan een derde betjak verderop. Ik zag ze dezelfde discussie aangaan; ze besloten te lopen, mij veel te warm. Wij alsnog terug naar het loketje. Jongedame achter het glas was niet bereidwillig buitenlanders te bedienen, liet ze in gebrekkig Engels weten en ging stoïcijns op haar schermpje turen.. Huh?

Er schoot ons gelukkig een jongeman van het station te hulp. Ja, de busterminal is 3 kilometer verder en ja, die betjaks waren de enige mogelijkheid om er te komen. Maar, met een brede glimlach en een knipoog, meer dan 60k mag het niet kosten hoor! Ah. Zat ik toch niet te ver vanaf met mijn verontwaardigde bod van 50k. En 60 werd het.

Het viel de betjakrijders kennelijk niet mee, ze moesten heuvel op. We werden links en rechts ingehaald (zelfs door een voetganger!), die van mij viel steeds verder terug zodat die van Conny 2x moest wachten. Nog voordat er een busterminal in zicht kwam, stond daar een ankot voor Pangadaran. De heren betjakrijders lieten het gelijk voor gezien. De bus zou zeker pas over een uur vertrekken, en deze kon gelijk op weg. Hadden wij wel oren naar, dus ingestapt. Eenmaal op weg wisten we alleen niet wat erger was geweest. Ruim twee uur gehobbeldebobbel in een goor, lawaaiig en knetterheet busje was een weinig lichte overgang van die relaxte trein... Ook deze chauffeur had geen clou waar we precies moesten zijn, voor het laatste stukje riep hij hulp in van een kennelijke bekende die hij langs de straat trof. Deze man was op zijn beurt uiteraard weer niet te beroerd zijn diensten aan te bieden voor de volgende reisstap naar Yogyakarta. Voor uiteraard opnieuw een godsvermogen. We hebben voor vrijdag maar opnieuw treintickets besteld. Veel goedkoper, veel relaxter. Alleen iemand vinden die ons dan terug kan brengen naar Banjar.

In het hotel aangekomen, werden we door de hoteleigenaar dolblij verwelkomd. Gratis thee, geperste sapjes, pisang goreng, gefrituurde cassave... Hij bleef maar meer aandragen en elke keer dat-ie langskwam riep hij breed lachend "...Lèkkèèèrrrr...!" Ja, dat viel niet te ontkennen.


Ook viel een grote groep mensen op, allemaal met dezelfde zwarte t-shirts met de tekst "diabolo" erop. Op de rug de tekst "be original" en een soort tribal afbeelding. Een aantal van hen zag er vervaarlijk uit, leken wel leden van een motorclub! En een herrie dat ze maakten... De hoteleigenaar gaf aan dat er een bandje was met live muziek. En dat hebben we geweten. De zanger van de band was heel consistent in het nét een halve toon te hoog te zingen bij iedere uithaal. Klonk wel heel erg enthousiast.

Heb de oordopjes die we in het vliegtuig kregen maar ingedaan.

Flinke wandeling

We hebben het geweten met het voorgenomen uitstapje hoor, opnieuw een dag om niet licht te vergeten. Opnieuw het Grab appje gebruikt voor het ritje naar Dago Pakar. De chauffeur stond voor we het wisten al voor onze neus en we konden gelijk weg. Verwachtingsvol de heuvels in rond Bandung, het ging hoger en hoger. Maar waar hij dacht waar we naar toe moesten bleek een duur resort met die naam. Dat Grab werkt op zich prima, maar dit is al de tweede keer dat de chauffeur maar een greep doet naar de bestemming. What's in a name. Had de precieze naam in m'n telefoon staan en de man wist ons alsnog op het juiste punt af te zetten, gelukkig niet heel erg veel verder.

Het natuurgebied Dago Pakar bestaat uit twee parken, we zijn het park Taman Hutan Raya binnengegaan. Het begon met een goed onderhouden breed pad dat je steeds verder het bos invoerde, onderweg met regelmaat kleine warongs met drinken en versnaperingen. Helaas waren de plattegrondjes op, en moesten we het doen met een paar grote borden aan het begin van het park om ongeveer te bepalen waar we waren. Op een zeker punt kwamen we bij de zogeheten "Dutch Caves", een van oorsprong natuurlijk grottenstelsel dat door de Nederlanders ooit is omgebouwd tot een bunker. In 1942 is het geheel in handen gevallen van de Japanners die er vervolgens gevangenen in stopten. Een gids voerde ons tegen voooraf afgesproken prijs in rond. Aan de achterzijde bleek ook een uitgang die op een pad uitkwam, leidend naar een waterval. Weliswaar een langere route dan die, die we eigenlijk volgden, maar mooier. En of hij even mocht vangen voor het gidsen en het gebruik van zijn zaklampje. Was vervolgens niet blij met de vooraf afgesproken prijs. Tja, waar maar je afspraken voor, nietwaar?

Het pad was een stuk smaller en liep slingerend steeds dieper het bos in en begon gaandeweg meer en meer te stijgen langs een steile helling. Zo af en toe passeerden we nog wat warungs, maar hoe verder we kwamen, hoe minder vaak er nog mensen waren die er iets verkochten. Ook de kwaliteit van het pad holde omlaag, zo'n beetje evenredig met de mate waarin we steeds verder omhoog klommen. Ook het aantal mensen dat redelijk fris naar beneden liep was drastisch gezakt naar nul.


En wij maar doorstappen, het zweet flink los, zo af en toe even rusten bij een verlaten warung om te genieten van al het moois om ons heen. Beneden in het dal het geruis van een stroomversnelling, vogels in de verte en het continue getjirp van de insecten overal. Waterstroompjes zo uit de bergwand... Zo heerlijk...

Een zijpad leidde naar een kleine waterkrachtcentrale die onderin het dal in de stroom was gebouwd. Het water stond erg laag en de hoeveelheid afval dat door de stroom was meegenomen was goed te zien, schrikbarend!

Teruggekeerd naar het hoger gelegen pad gingen we maar weer verder. Er leek maar geen eind aan te komen, we klommen en klommen... Tot we bij de ingang van het park uitkwamen. Maar dan wel die van het àndere, Taman Wisata Maribaya! Zo kennelijk, bij die grot hebben we de routes gekruist en bij elkaar toch een kilometertje of 8 gelopen, voornamelijk omhóóg.

En dié ingang bevindt zich in the middle of nowhere, hoe nu terug naar Bandung..?

Er stonden een paar mannetjes die duidelijk met verbaasde mensen als wij ervaring hadden, zo verbluft moeten we althans hebben gekeken. Wetend dat we ver uit de koers waren, gaven ze aan dat het dichtstbijzijnde punt waarvan een ankot naar Bandung rijdt, in een dorpje is dat zo'n 5 kilometer verderop ligt. En dat ze ons wel even achterop de brommer willen nemen. Voor 150.000. En da's rijkelijk veel: dat kreeg die Grab chauffeurniet eens voor een heel wat grotere afstand! Voor 100.000 en dat voor allebei. Na wat aarzeling gingen ze akkoord. Zo van achterop het brommertje leken het wel meer dan die 5 kilometer. Midden in 't een of ander dorp, eveneens met complete verkeerschaos, werden we afgezet. De ankot die naar het treinstation zou rijden, stond verderop. En da's dan 150.000 graag, mogen we even vangen? Ja ammehoela, je bent zonet met minder akkoord gegaan! We drukten ze met een beslist gebaar de afgesproken 100.000 in de hand en met een welgemeend terimah kasi naar het autootje gelopen, pfff!

De ankot bracht ons weer tot vlakbij het hotel. Voor nog veel minder. Onderweg werden we tot twee keer toe verrast door jongelui, die instapten op een moment dat de ankot even stilstond, gewapend met muziekinstrumenten (al dan niet zelf gemaakt) hun muziek ten gehore brachten. Een oudere heer duwde Conny een muntstuk van 500 ruphia (ongeveer 3,5 eurocent) in handen, geef maar dan gaan ze weer weg, hebben we weer rust, moet hij gedacht hebben.

Hoe heerlijk was een grote Bintang geweest! Maar ja, met de Ramadan die net begonnen is, wordt dát voorlopig niet meer geschonken.


Ter toelichting: ankots zijn in Indonesië veelal rode, lichtblauwe of witte kleine minibusjes die een vaste route op en neer rijden. Je kunt op een willekeurig punt instappen en meerijden, er zit toch geen zijdeurtje in. Gewoon instappen en op een van de zijbankjes neerploffen, iedereen schuift wel op. En vol is vol. De meeste busjes zijn ver voorbij hun houdbaarheidsdatum en lijken met kunstgrepen rijdend gehouden te worden. Achterin ontbreekt het dan verder ook van enig comfort, je hebt geluk als de schuifraampjes open kunnen. Je betaalt zo'n 10.000 per persoon per rit, dat komt neer op 60 eurocent.

Van Jakarta naar Bandung

Netjes op tijd wakker en kalmpjes aan kunnen doen om ons op te maken voor de volgende reisstap. De reservering voor de trein hadden we al gemaakt, nu hooguit naar station Gambir om de tickets te printen en een ontbijtje in een van de tentjes op het station.  

Het appje voor Grab deed het ook nog, en een chauffeur die in de buurt was reageerde vlot. Grappig om te zien hoe zijn  autootje door het drukke verkeer onze kant op kwam. En  verkeerd  reed. En volkomen vastliep in een straatje verderop. Nadat het autootje op het scherm hevig begon te draaien en te keren om vervolgens een poosje onbeweeglijk bleef staan verscheen een berichtje, waar we geen wijs uit konden: iets uit bahasa vertaald met "net als de vorige keer knallen". Wij terug: "??", waarop de chauffeur zich afmeldde, reden: "PECH".... Zeker brokkenpiloot dan. Misschien ook maar beter zo; laat maar.  We kiezen die Bluebird taxi wel die vanaf de overkant het hele tafereel geduldig stond aan te zien. 

Keurig op tijd op het station om de kaartjes voor Bandung te printen, een ontbijtje te nemen (zelfs een stuk goedkoper dan in het hotel en nota bene bij Starbucks!) en richting perron te gaan. Een oud mannetje van het station pakte ongevraagd maar al te bereidwillig onze koffers en was rap om ons naar de juiste wagon en zitplaats te leiden. Ach ja, laten we hem wat geven, 2000 briefje uit m'n broekzak... Nee, hij moest méér: niet 10.000 maar 2x10.000 gebaarde hij. Wij verontwaardigd lachen. Oké, 2000 is vrijwel niks. 10 is meer dan voldoende, maar dat is het! Mopperend schuifelde hij weer weg. 

We hadden gekozen voor business class, in plaats van economy of executive. Viel toch nog tegen: heel korte zittinkjes en doorgezakte zachte bankjes. Je zit voortdurend scheef, zakkend naar het midden van het bankje. Zo kennelijk hebben de business mensen hier ook nog hele korte beentjes. Zo zouden die 3 uur en 3 kwartier nog een opgave worden; gelukkig vloog de tijd voorbij. Onderweg namelijk heel mooie uitzichten gezien, hoe verder we de achterbuurten van Jakarta achter ons lieten, hoe beter het werd. Vooral waar de trein al slingerend de bergen in ging was het uitzicht prachtig. Ook het station van Bandung maakte een relaxte indruk, eenmaal van de perrons -zonder opdringerige kruiers- en zelfs  live muziek. 

Helaas, nog niet fatsoenlijk de stationshal uitgelopen, begon het feest van een zich aanklampende chauffeur opnieuw. De man was van 75 gezakt naar 50.000 (€3,50) voor het ritje naar ons hotel. Onderweg terloops gevraagd hoeveel hij zou rekenen voor een rit naar Pangandaran; hij vroeg met z'n 1.200.000 veel te veel. Geen meter verder dus met die kerel, we pakken overmorgen voor 560.000 opnieuw de trein.  

Mocht je denken dat het hier rustiger was dan Jakarta, dan heb je het mis. Een écht onophoudelijke stroom van verkeer trekt aan het hotel voorbij. Wat blijkt: hotel blijkt aan een megadrukke winkelstraat te liggen die wijds bekend staat als 'the place to be'. Over een lengte van een kilometer of zo, is over de weg heen een soort brug gebouwd, tjokvol met kraampjes met letterlijke klerenzooi! Aan weerzijden van de straat uitsluitend winkels met: nog méér klerenzooi! Aan het eind van die brug een chaos met lukraak geparkeerde -noem het rustig neergesmeten- touringcars, schuin, dwars op inritten... krankzinnig! 

Conny was afgegaan op de vermelding 'aan gezellige winkelstraat'. Degene die dát geschreven heeft, zal Amsterdam op koningsdag vast ook als een rustig uitje beschrijven! 

We zagen er al tegenop om opnieuw naar het station te gaan om kaartjes te reserveren voor de trein overmorgen. Wat blijkt? Je kunt dat hier in gewoon in de supermarkt doen, op een terminal die daar speciaal voor bedoeld is. En je reservering gewoon aan de kassa betalen. Hoe handig.  

Gauw gegeten in een goor uitziend tentje in de buurt, het eten smaakte er niettemin prima. Morgen gaan we weer op stap naar Dago Pakar, twee naar zeggen heel mooie natuurparken niet ver hier vandaan.  

Taman Mini Indonesia

Zondag 12 mei

's Ochtends met een flink ontbijt in het hotel begonnen. Flink, ook omdat het best duur was en we bovendien behoorlijk hongerig en dorstig waren. We hadden ons voorgenomen om met de bus naar Taman Mini Indonesia te gaan. Een groot park waarin een permanente tentoonstelling van vrijwel alle eilanden en bijbehorende culturen van Indonesië. Annex pretpark. Het ligt ten oosten van Jakarta en volgens de kaart een kilometer of 26 van ons vandaan. Om er met de bus te komen leek nog best zo eenvoudig, 2 keer overstappen. Van de vorige keer wisten we nog dat je ook hier een OV kaart kunt kopen voor weinig geld en waar je met z'n tweetjes op kunt reizen. Natuurlijk gelijk gevraagd waar we precies moesten overstappen en ook dat leek tamelijk duidelijk.

Tot het er op aan kwam: van het laatstgenoemde overstappunt Ciwang bleken er 3 te zijn met verschillende toevoegingen. We waren dus braaf blijven zitten tot de bus gewoon niet meer verder ging. Moesten twee haltes terug. Niet eens zo'n probleem dus, evenmin het minibusje dat we konden bemachtigen die ons voor een drol naar het park bracht, een paar kilometer verderop.

Rezahad de avond tevoren opgemerkt dat Indonesiërs lui zijn: ze willen overal met de auto naar toe. En dat bleek niet gelogen: het hele park was vergeven van de auto's. En brommers. En fietsen. De laatste twee werden vóór de ingang van het park per uur voor veel geld verhuurd. Aan buitenlanders voor buitensporig veel meer dan de officiële verhuurprijzen die binnen het park werden gehanteerd. Dit lijkt wel iets typisch Indonesisch: als je ook maar ergens komt waar toeristen komen, staat men bij het allereerste aankomstpunt te trappelen om je zoveel mogelijk geld afhandig te maken. Op het vliegveld, voor de ingang van een park of bezienswaardigheid... Altijd aan voorbijlopen en vooral heel hard lachen om hun prijzen.

Er liep een kabelbaantje over het park, daar zijn we eerst maar even in gegaan, konden we tenminste van boven al een idee krijgen waar we naar toe wilden gaan. De benauwde hitte van het kleine cabinetje eenmaal getrotseerd, besloten we dat we wel konden gaan lopen. Op de grond bleek het niet veel beter en dat park bleek toch best verrekte groot. Die vent met z'n fietsen had daar dus niets van gelogen: alleen al op en neer moet het toch echt een kilometer of tien zijn geweest.

Per eiland zijn er typische traditionele huizen nagebouwd, bij de meesten echter was de binnenkant 'modern'. Jammer genoeg kon je niet van de ene naar de volgende gaan, bij ze allemaal moest je weer terug naar de weg om overreden te kunnen worden door een niet aflatende stroom van auto's en brommers. Er was weliswaar een voetpad, maar dat werd voornamelijk als parkeerplaats beschouwd. Indonesiërs lopen namelijk liever niet, hadden we gisteren al vanRezabegrepen.


Vanuit de gondel had Conny een koepelvormig vogelverblijf gespot, waar ze graag naar toe wilde. En natuurlijk bevond dat zich vrijwel aan het uiteinde van het park. Een hele sjouw verder bleek het tamelijk triest: gefrustreerde ara's, neushoornvogels en diverse roofvogels zaten afgezonderd in een voliëre van hooguit 10 kuub. Wel in prima conditie, maar wat een treurnis... We vonden ook nog een kooi waar de deur van open was, maar de vogel was gevlogen. Geen idee welke vogel het was, maar we hopen dat-ie een stuk gelukkiger is.

Het liep tegen sluitingstijd van het park en we moesten het hele eind nog terug. Met gezwinde pas dan maar en uiteindelijk na de uitgang een bus ingesprongen die ons weer naar de laatste halte bracht. Samengepakt met wat leek op een voltallige basisschool...

Na een korte douche in het hotel weer afgetaaid naar een chinees restaurantje en weer heerlijk gegeten. DieBintangsgaan er erg vlot in na zo n dag! Nu afgepeigerd.

Van klein kopje thee tot grote ergernis

Zaterdag 12 mei 2018

Pas om 12.00 uur uit bed gekomen, werden wakker gemaakt door een mannetje dat de minibar kwam controleren, anders hadden we volgens Nederlandse tijd nog doorgeslapen. Niets gebruikt uit de minibar, doei. Op zoek naar een tentje om te ontbijten. Kwamen we terecht bij een Chinese tent. Geen koffie wel thee. Ok doe maar een kopje thee. Bestellen een of andere rijstepap voor Paul en een soort van bruine bonen met vissoep voor Conny. De theekopjes kwamen volgens mij uit een poppenhuis, zo klein! De kopjes werden uitgebreid gespoeld aan tafel. Gek genoeg smaakte alles prima, alleen de rijst van Paul was wat minder al was hij wel tevreden.

Naar de groteMallgegaan om een Indonesisch simkaartje te kopen. Daar vonden we een kraampje dat koffie verkocht. Het meeste laten staan omdat het niet te zuipen was.

Vervolgens op jacht naar een OV kaart om met de bus naar station Gambir te gaan. We konden gemakkelijk terecht bij busstation in de nabijheid van het hotel. Vervolgens naar het station Kota een eindje verderop om treinkaartjes kopen voor de reis naar Bandung, aanstaande maandag. Bleek na lang wachten in de rij voor het loket dat dat alleen maar op een ander station mogelijk is waar vanaf ook de trein naar Bandung vertrekt. Nou, dan pakken we toch de bus; we zouden toch al die kant op gaan. We hadden namelijk in de tussentijd contact gehad met Janine en zouden haar treffen in de buurt het National Monument. En dat was weer vlakbij dat station. Eenmaal de kaartjes gekocht; nu dus ook tijdig gereserveerd – bij een vorige reis bleek op de dag zelf de trein al volgeboekt- hadden we wel tijd om naar het National Monument te gaan. We stuitten tussen allerlei kleine kraampjes met vage toeristentroep, op een klein hek dat open stond en (dat kan niet anders) als illegaal toegangspunt fungeerde naar het grote en zwaar omheinde park. In het midden een soort gigantische obelisk die oprijst vanuit een vierkantige mega fruitschaal, maar dan zonder fruit. De top van de obelisk moet een enorme fakkel voorstellen, maar met de gekozen belichting deed het me sterk denken aan een partij kunstig –rechtop-gestapelde bananen. Wel imposant, gezien de grootte en het feit dat het geheel in zo'n groot en weids park staat. En waar het verkeerslawaai wonderlijk genoeg nauwelijks doordringt. Met de ondergaande zon een heel mooi gezicht!

Omdat we toch wat tijd hadden, en het afgesproken adresje nog geen twee kilometer verderop was, besloten we die kant maar op te lopen. Vanaf de app op de telefoon bleken we voor de route een aantal megadrukke straten over te moeten steken, wat neer zou komen op een ware kamikaze actie. Dan maar een tuktuk; daarmee moest die oversteek te maken zijn.

Zou je denken: de chauffeur reed volledig de andere kant op – bleek geen clou te hebben waar het was, ondanks dat ik hem het kaartje en de bestemming had getoond. Hij vroeg het zelfs twee keer aan anderetuktukchauffeurs die hem vervolgens nóg verder uit de buurt verwezen. En ik maar telkens het kaartje tonen... Zo zie je maar. Als ze hier zeggen 'ik begrijp je", dan is dat dus niet gegarandeerd en rij je zomaar 5 kilometer om. Het ritje zou 5000rpkosten, maar ook dat bleek niet goed begrepen, hij wilde 50000. En dan ook nog op de verkeerde plek afgezet. Dubbel afgezet dus. Gaan we niet meer zo doen.

Hebben gezellig met Janine en haar vriend Reza zitten bijkletsen en wat gegeten. Gezellig tentje maar nogal luidruchtige muziek. Toen Mel liet weten samen met Ramon bij Oma te zijn, hebben we geprobeerd te face-timen via de telefoon van Janine. Het kabaal was jammer genoeg teveel om ons verstaanbaar te maken.

Op aanraden van Janine voor de terugrit, gebruik gemaakt van Grab. Een soort Indonesische Uber. Sneller, comfortabeler en vooral de helft goedkoper...! We gaan morgen kijken of we Grab ook kunnen gebruiken. De app is niet voor m'n telefoon beschikbaar (state of the art Windows Phone), maar heb daar wel het Indonesische simkaartje in gestopt. Op m'n tablet heb die app wel kunnen installeren en het Indonesische telefoonnummer van de telefoon opgegeven. Benieuwd of het werkt: gaan we morgen wel zien. Gaan we naar Taman Mini Indonesia, een soort park met overzicht over heel Indonesië.

Eerste paar dagen

Donderdag 10 mei 2018 

Tot de dag voor vertrek hebben we allebei nog gewerkt, maar goed dat we pas om een uur of één op schiphol hoefden te zijn. In de afgelopen week konden we alle tijd nemen om spulletjes bij elkaar te sprokkelen en in de koffers te doen. Op de dag van vertrek hooguit de laatste dingetjes. Valt het vervolgens toch nog een beetje tegen met hoeveel 'kleinigheidjes' je nog bezig bent; kabeltjes, opladers, oh ja dit en oh ja dat nog... 

Niettemin toch nog aardig relaxed op weg naar schiphol, waar Carmen en Barry, Melanie en Thijs ons al stonden op te wachten. Lief. 

Carmen bood de inloggegevens van haar Storytel abonnement aan, om er onderweg naar te kunnen luisteren. Moet je althans nét diezelfde ochtend hebben besloten om de oortjes voor mobiel en tablet juist niet mee te nemen... Die dan maar na de douane gekocht. De zoveelste. 

We gaan het zien, dit keer met Qatar via Doha naar Jakarta voor de eerste paar dagen  verblijf.  Na de tussenstop schijnen we met een Sri Lankaanse maatschappij verder te vliegen. Zal me benieuwen. Bleek uiteindelijk ook Qatar Airways te zijn. Midden in de nacht warm eten, waarom ook niet, hadden wel weer trek. Bij elkaar 3 warme maaltijden genuttigd.  

In Jakarta aangekomen, wijselijk langs de balie met luidruchtige taxi-aanbieders gelopen om er eentje van bluebird te zoeken; die werken immers met een meter. Bij aankomst bij het hotel wist de chauffeur toch nog meer te vragen nadat-ie gauw de meter op nul had teruggezet. Eerste aanvaring. Ging weliswaar om omgerekend 3,50 euro maar toch. Grappig: vanuit de hotelkamer kijken we uit naar het hotel waar we vier jaar geleden in zaten... 

De tweede aanvaring had Conny met een geldautomaat in een winkelcentrum vlakbij het hotel. Stak ze haar pas in een automaat die helemaal niet voor cash uitbetalen bleek. Er kwam helemaal geen geld uit en evenmin haar bankpas. De automaat bleek zelfs helemaal  vastgelopen. Na heel lang soebatten bij dat ding, drie beveiligers erbij die geen woord Engels spraken  maar wel het gebaar herkenden van de vingers langs de keel  al wijzend naar het vermaledijde apparaat. Een gebrekkig Engelssprekende man was zo vriendelijk om de bank van de automaat te bellen. Te langen leste zou er iemand direct langskomen om de automaat te repareren. ...maar wanneer is direct...? Jam karet natuurlijk, dus toen de beste man met telefoon na een uurtje terugkwam en het ook opgaf, zijn we afgetaaid. Pas is geblokkeerd en we gaan er van uit dat we voor de komende tijd nog voldoende pasjes over hebben. Weten nu ook wat 'non tunai' betekent, stond met grote letters boven de machine: GEEN CASH GELD. Zo leren wij dus in de praktijk Indonesisch.  

 We hebben een restaurantje opgezocht dat we nog van de vorige keer wisten te herinneren en hebben met één heerlijke portie hete rundvleesjes onze buikjes helemaal volgegeten onder het genot van een heerlijke bintang en dat voor 12 euro. 

Welkom op mijn Reislog!

Hallo en welkom op ons reislog!

Je kunt via dede hoogte te blijven van alle avonturen en ervaringen tijdens deze reis. Vanaf nu zul je hier dan ook regelmatig nieuwe verhalen en foto's vinden, en via de kaart weet je altijd precies waar ik me bevind en waar ik ben geweest! Meer informatie over mijzelf en de reis die ik ga maken vind je in het profiel.

Wil je automatisch een mailtje ontvangen wanneer er een nieuw verhaal of een nieuwe fotoserie op deze site staat? Meld je dan aan voor mijn mailinglijst door je e-mail adres achter te laten in de rechter kolom.

Ik zie je graag terug op mijn reislog en laat gerust af en toe eens een berichtje achter!

Leuk dat je met me meereist!

Groetjes,

Paul en Conny